Interview met Industry Leader Arie Tulp, CEO Marel Poultry
Industry Leader Arie Tulp, CEO Marel Poultry: “Onze slimme oplossingen maken het verwerkingsproces steeds minder afhankelijk van menselijke beslissingen”
In de pluimveeverwerkende industrie is Arie Tulp een vertrouwd gezicht, niet alleen voor Nederland, maar voor de hele wereld. Al jarenlang is hij actief voor Marel Poultry in de hoedanigheid van sales en marketing director. Hij kan dan ook moeiteloos in enkele minuten uitleggen hoe de wereldmarkt voor pluimveeverwerking in elkaar zit.
“De wereldwijde vraag naar pluimveevlees blijft groeien terwijl de benodigde resources, waaronder personeel, deze groei niet overal kunnen ondersteunen. Meer intelligente automatisering is daarom dringend nodig om de benodigde groei en de continuïteit van de pluimveevleesproductie te waarborgen ,” stelt Arie Tulp.
Hoe ontwikkelt de mondiale pluimveeverwerkende industrie zich momenteel?
"Qua productie is er nog steeds een wereldwijde groei. Maar wat betreft het aantal bedrijven zie je consolidatie: steeds meer bedrijven breiden uit door collega-bedrijven over te nemen, of door hun capaciteit uit te breiden met nieuwbouw of hogere lijnsnelheden. Anderzijds komen er ook nieuwe grote spelers bij zoals Sama Karbala in Irak. In dat deel van de wereld is de automatisering van de industrie natuurlijk ook in ontwikkeling.
Wereldwijd, maar zeker ook in Europa, neemt de productie nog steeds toe. Daarnaast zien we, met name in regio’s waar het besteedbaar inkomen sterk toeneemt, zoals in sommige Aziatische landen, ook veranderingen in eetgewoonten, o.a. met een toename van vlees als maaltijdcomponent. Niet voor niets neemt het aantal QSR restaurants in sommige Aziatische landen al jaren met twee of drie per week toe. Al die restaurants moeten vanzelfsprekend beleverd worden en daar gaat heel veel kippenvlees in om.”
Hoe kan Marel daarop inspelen?
“Met alle dynamiek in de kosten van broilers is het belangrijk voor onze klanten dat de kosten van het slachtproces voorspelbaar en zo laag mogelijk zijn en dat de toegevoegde waarde die gecreëerd kan worden in een slachterij te allen tijden maximaal is. Focus op de kosten en efficiëntie is enorm belangrijk. Daarmee gepaard gaan hogere capaciteiten, minder personeel en meerdere shifts. De sterke trend om een hogere output te verkrijgen uit een vaak reeds bestaande infrastructuur vindt plaats in een tijd waarin steeds minder mensen bereid zijn om in deze industrie te werken.
In een slachterij zijn bepaalde skills en ervaring van het personeel nog essentieel voor het behalen van de optimale performance en efficiëntie. Als Marel streven we onder andere naar een proces dat meer voorspelbaar wordt en dat minder afhangt van mensen. Het is net als bij een automotor: 40 jaar geleden moest je bij wijze van spreken iedere week de olie peilen, maar tegenwoordig doet alleen de garage je motorkap nog één keer per jaar open. We werken ernaartoe dat de menselijke bemoeienis met het primaire proces vermindert, en dat alles steeds zelfstandiger en voorspelbaarder draait. Tot je op een gegeven moment het licht uit kunt doen in de fabriek en alles gewoon doorloopt, net als de motor van je auto.
In het secundaire proces van een slachterij richten we ons vooral op het creëren van maximale meerwaarde. Hier moeten onze klanten de producten matchen met de vraag uit hun markt. Dan is flexibiliteit heel belangrijk, omdat de eindproducten elke dag weer anders kunnen zijn. Daar spelen wij met Marel op in door intelligente automatisering en controle te bieden. Wij maken het onze klanten mogelijk de logistieke complexiteit zó te managen dat de meeste waarde wordt behaald, met zo min mogelijk verspilling. Dan betekent een goed inzicht in de productie. Dat is niet zomaar wat data verzamelen, maar gedigitaliseerde hulp die de benodigde flexibiliteit biedt. Zo kunnen we het productiemanagement van onze klanten helpen betere besluiten te nemen met minder stress.”
Kun je hier spreken van AI?
“Het secundaire proces vergt nog vaak slimme mensen die erover nadenken welke producten gemaakt moeten worden, wat er aan kippen binnenkomt en welke ‘productie-recepten’ nodig zijn om het beste eruit te halen. Dat is best lastig, met enerzijds hoge lijnsnelheden en anderzijds het enorme palet van verschillende producten dat onze klanten elke dag moet maken. Onze nieuwe ProFlow software vertelt onze klanten hoe je het proces voor vandaag of voor het komende uur het beste kunt inrichten, rekening houdend met wat er aan basismateriaal binnenkomt en welke producten er gemaakt moeten worden. Deze slimme algoritmen ondersteunen onze klanten om in een complexe omgeving makkelijk te beslissen wat ze moeten doen. Zelfs kan de software zelfstandig besluiten wat het beste is voor het proces. Zo is ProFlow een eerste stap in AI. We voegen intelligentie toe aan de automatisering en daarmee hebben we minder intelligentie nodig van mensen. Die slimme mensen kunnen dan ingezet worden in processen en rollen waarvoor geen geautomatiseerde intelligentie beschikbaar is.”
Hoe duurzaam is de pluimveeverwerkende industrie?
“We hebben het over voedsel dat je van dieren maakt. Als dieren moeten worden geslacht om consumptieproducten te maken, dan moeten we er op zijn minst voor zorgen dat we niks verspillen en alles gebruiken wat het dier ons te bieden heeft. Dat is in onze industrie misschien wel de belangrijkste component van duurzaamheid.
Het klinkt wellicht vreemd, maar duurzaamheid, wat natuurlijk een ander woord is voor toekomstbestendigheid, is het meest gegarandeerd als alle belanghebbenden van onze industrie goed worden bediend in een bepaalde balans; de consumenten, de boeren, het personeel, de aandeelhouders en de omgeving. Wij proberen via onze klanten te begrijpen hoe Marel hieraan kan blijven bijdragen door de manier van verwerking te blijven transformeren.
Verder streven we ernaar om met onze oplossingen het water- en energiegebruik per verwerkte kip steeds verder te reduceren. Onze AeroScalder, een broeier die niet met water, maar met warme, vochtige lucht werkt en zo 50% energie en 75% water bespaart, was tien jaar geleden z'n tijd wellicht wat te ver vooruit. Maar nu water en energie toenemend duurder worden, is de tijd er rijp voor en dat merken we aan de interesse van onze klanten in deze technologie.”
En om het water, dat nog wel benodigd is, goed te kunnen zuiveren, en daarmee de belasting van de omgeving te minimaliseren, biedt Marel Water Treatment de perfecte waterzuiveringsinstallaties, die volledig zijn toegespitst op de vleesverwerkende industrie.
Kun je spreken van een diervriendelijk proces?
“Met een groter wordend bewustzijn van consumenten over waar ons vlees vandaan komt, is het belangrijk dat je als pluimveeverwerkende industrie transparant bent. Bovendien biedt meer transparantie meestal ook meer kansen om te ontdekken waar het proces kan worden verbeterd.
Als het gaat om dierenwelzijn, dan hebben we met ons ATLAS systeem, waarmee levende dieren van de stal naar de slachterij worden gebracht, grote stappen gemaakt. Het doel is om de kwaliteit van kippen waaraan de boeren tijdens de opfok hebben gewerkt volledig te behouden tijdens het transport en dat kan alleen als je zo diervriendelijk mogelijk te werk gaat. Het ATLAS systeem faciliteert de gunstigst mogelijke condities voor de dieren tijdens laden, transport en ontladen, zodat beschadigingen en leed kunnen worden voorkomen.”
Wat tekent voor jou het marktleadership van Marel?
“Ik ben er trots op dat we, zolang we bestaan, op iedere VIV Europe en EuroTier beurs altijd nieuwe producten hebben getoond die onze klanten helpen hun proces en business verder te verbeteren. Ons streven is om dat te blijven doen.
Ook is het een teken aan de wand, dat de meerderheid van de bedrijven in de wereld met een toenemend percentage kiezen voor Marel als het gaat om greenfield projecten en ombouwen. Dat zien we als een bevestiging dat wij goed met de markt in verbinding staan. Door in nauwe samenwerking met onze klanten verbonden te blijven, kunnen we de uitvoering van onze visie continueren: het transformeren van de wijze waarop voedsel wordt geproduceerd, zodat onze klanten op toekomstbestendige wijze hun businesspositie kunnen blijven verbeteren.”